NLENFR
1
1
Verschillende actoren zijn vandaag op zoek naar manieren om lokaal geproduceerd voedsel op de kaart te zetten. Zowel een lokale vraag als internationale doelstellingen staan aan de basis van de gewenste transitie naar kortere voedselketens.
2
2
Tegelijkertijd wordt landbouwgrond steeds schaarser. Omwille van natuuruitbreidingen en klimatologische uitdagingen zoals overstromingen, droogte of erosie is niet elke vorm van landbouw overal nog mogelijk.
3
3
Anderzijds is landbouwgrond een interessante investering, ook voor niet-landbouwers. Tot twintig procent van de vruchtbare landbouwgrond in Vlaanderen is in gebruik door andere sectoren zoals recreatie, wonen of infrastructuur.
4
4
Het toenemende aantal claims op landbouwgrond verkleint het aanbod aan grond voor voedselproductie. Hierdoor swingen de grondprijzen de pan uit. Boer.in.nen in opstart of uitbreiding komen in de problemen. Gezien de lage voedselprijzen is het bijna onmogelijk om investeringen in grond terug te verdienen over een volledige carrière.
5
5
Grondeigendom staat onder druk in de landbouwsector. Het toekomstige gebruik van grond voor voedselproductie is onzeker.
6
6
Her en der ontstaan initiatieven die landbouwgrond trachten te vrijwaren voor lokale voedselproductie, mét aandacht voor een eerlijk inkomen voor de boer. Deze pioniers verschuiven de focus van grondbezit naar grondgebruik. Sommige landbouwers beheren natuurgronden in ruil voor het medegebruik ervan. Andere verenigen zich met burgers voor een gezamenlijke aankoop van gronden. Nog andere landbouwers telen op de gronden van hun afnemers.
7
7
Deze initiatieven maken ruimte voor voedselproductie door de belangen van eigenaars met strategische grondposities en de belangen van landbouwers zonder grond op te tellen tot een collectief belang. Dat is belangrijk, want zelfs wanneer we erin slagen om landbouwgrond te behouden, dan nog beschikken we over onvoldoende ruimte voor het ‘verkaveld’ aanpakken van waterberging, voedselproductie en recreatie. We zullen moeten inzetten op een én-én-verhaal, waarin verschillende functies in één plek vervat zitten.
8
8
Wat als we landbouw en natuurbeheer structureel samen aanpakken? Wat als meer burgers investeren in grond voor lokaal geproduceerd voedsel? Wat als we publieke gronden gebruiken voor de productie van de duizenden maaltijden in onze scholen en zorginstellingen? Bestaande en nieuwe spelers op de grondmarkt hoeven geen concurrenten te zijn voor de landbouw, maar kunnen voedselproductie mee mogelijk maken!